OPRICHTING

Na het oprichten van een club ter verdediging van het Kempisch hoen (Antwerpen 1896) werd op 1 mei 1898 in het lokaal, “Cafe l’ Union”, gelegen in de Neerstraat te Nederbrakel de “Braekelclub Nederbraekel” boven de doopvont gehouden. De initiatiefnemer en promotor was dhr L. Roger die Secretaris-generaal werd van de nieuwe vereniging. Dhr Roger woonde in Gent, maar hij kon rekenen op een hele schare plaatselijke medewerkers waarvan vele namen in het huidige Brakel nog een vertrouwde klank hebben:

Voorzitter:
Mr. Tyman

Ondervoorzitter:
H. Bernaeyge; A. Dedeyn

Secretaris:
L. Vandamme

Hulpsecretaris:
R.Cosyns

Commissarissen:
L.De Vulder; Ducatillon; Campen; V. Fontaine; Callebout-Govaert; Doornaert; Van Heuverswyn; F. Foubert

Dierenarts:
E. François

CHASSE ET PÊCHE

Zoals in “Chasse et Pêche” I, 18/9/1898, bl 744 vermeld: “was het doel van deze heren, het behoud van het beste kippenras in de streek, ten einde een oude, bijna vergeten bedrijvigheid, nieuw leven in te blazen ten voordele van de kleine landbouwer.”
Theo Brakels ( schuilnaam voor notaris De Wagenaere ) somt in het boek “ Geschiedenis van Nederbrakel, Opbrakel en Omstreken “ de 11 doelstellingen van de club op, zoals die in de statuten opgenomen waren. (in het Frans, wat gebruikelijk was in die periode):

Uittreksel uit artikel 2 van de standregelen der maatschappij “Braekelclub”, gesticht den 1 Mei 1898.

“ Le club a pour but:

“de favoriser l’ élevage de la race Brakel
de la sélectionner et la tenir dans son plus grand état de pureté en engageant tous les cultivateurs à éloigner de leurs basses-cours les volailles étrangères, telles que: italiennes, russes et autres poules sans dénomination, que l’on rencontre malheureusement en si grand nombre dans la plupart des fermes de Belgique.
d’organiser, soit seul, soit avec le concours des comices agricoles, et sous les auspices de la Fédération nationale, des expositions de la race de Brakel dans les différentes localités comprises entre Alost, Sottegem, Audenarde, Renaix, Flobecq, Lessines, Grammont, Ninove, Denderleeuw, qui constituent bien la région d’où la Brakel tire son origine et où on la retrouve encore.
d’organiser des conférences et de déterminer, après études parfaites, le standard de la race de Brakel.
d’encourager les fermiers à améliorer leurs basses-cours; de leur enseigner les meilleures méthodes d’élevage et d’installation de poulaillers, ainsi que les mesures d’hygiène indispensables à la réussite de leurs travaux.
d’organiser des concours et de décerner des primes aux fermières dont les basses-cours sont les mieux tenues.
de distribuer aux cultivateurs-fermiers-éleveurs de la région ci-dénommée, des primes de conservation et d’encouragement, pour les plus beaux reproducteurs de la race de Brakel qui seraient mis en cheptel dans leurs basses-cours.
de rechercher les moyens de s’entendre avec les comices agricoles de toute la région pour obtenir qu’une section d’aviculture, formant plusieurs concours ou classes, soit annexées au programme des expositions des comices.
Le club pourra former un syndicat de tous ses membres en vue de l’achat et de la vente, soit d’animaux reproducteurs, achat de nourriture, exportation de la Brakel, production du petit poulet de grains, etc., etc.
10° Le club organisera chaque année un concours pour la conservation des oeufs.
11° Le club établira chaque année un récensement de la race Brakel parmi tous les membres du club. Ce récensement partiel servira à faire un récensement général dans tous les centres de production de la région dénommée ci-dessus.

HISTORIEK

De eerste activiteit van de club was het inrichten van een tentoonstelling in de maand september van het stichtingsjaar 1898. Deze tentoonstelling kende een overrompelend succes met 550 aanwezige Brakelkippen. Deze prestatie werd door de toenmalige vakpers in gans Belgie met bewondering vermeld.
Het voortbestaan van de club verliep niet zonder problemen en in 1905 werd een fusie aangegaan met een aanverwante vereniging voor vogelteelt uit Ronse. In 1909 lukte het hen om aldus nog 304 Brakels samen te brengen op een tentoonstelling te Ronse.

De oorlog van 1914-1918 had niet alleen nefaste gevolgen voor het dierenbestand, ook de clubactiviteiten vielen volledig stil.
In 1920 werd te Ronse een nieuwe Brakelclub opgericht die bestempeld wordt als de 2e Speciaalclub voor het Brakelhoen. De crisisjaren ‘30 en de tweede Wereldoorlog luidden ook voor deze club de teloorgang in, alhoewel op het einde van de 20e eeuw”Brakelclub Ronse” opnieuw gedurende enkele jaren een tentoonstelling inrichtte.

Na de oorlogsjaren werden in West Europa massaal Amerikaanse hybridekippen ingevoerd. Hierdoor hadden alle inlandse rassen het buitengewoon moeilijk om opnieuw van de grond te komen.
Hugo Vrielinck, verantwoordelijke voor de kleinveerubriek in het dagblad “Vooruit”, deed in 1969 een oproep om voor alle inlandse pluimveerassen een speciaalclub op te richten. Hierop reageerde Walter Terrijn positief en stelde voor het Brakelhoen onder zijn bescherming te nemen. Met de hulp van Hugo Vrielinck zelf en van enkele bevriende fokkers startte hij met de 3e Speciaalclub voor het Brakelhoen. De stichtingsvergadering had plaats op 7 maart 1971 te Torhout.
Maar het was erbarmelijk gesteld met het beschikbare dierenbestand. Na veel zoeken kon men nog de hand leggen op een paar Zilverbrakelhennen, terwijl R. Van Ceulebroeck hen ook een partij broedeieren bezorgde. Een haan werd aangekocht in Duitsland en hiermee werd een fokprogramma gestart.
Wat de Goudbrakels betreft was de toestand nog zorgwekkender. Bij Walter Degouis werd een behoorlijke Goudbrakelhaan aangetroffen. Deze werd gekruist met Zilverbrakelhennen en hieruit werd de volledige populatie van de huidige Goudbrakels heropgefokt
Als we het huidige resultaat van de brakelfokkerij zien, zowel wat het aantal als wat de kwaliteit van de dieren betreft, moeten we erkennen dat Walter Terrijn en zijn ploeg een indrukwekkende prestatie hebben geleverd.

Schone liedjes duren echter niet oneindig. Na een twintigtal jaren, rond 1989, besliste Terrijn zijn activiteiten met de Brakelclub stop te zetten. Gelukkig betekende dit niet het einde van de Speciaalclub voor het Brakelhoen. Begin van de jaren ‘90 namen enkele Nederlanders en Limburgers de club over en kwamen zo tot een Belgisch- Nederlands samenwerkingsverband met als resultaat dat de club weer bloeit en een grotere internationale uitstraling bezit.

BRAEKELCLUB

Ondertussen zijn we ook in Brakel niet blijven stilzitten. Na voorbereidende besprekingen tijdens de zomer van 1989 heeft op 20 oktober 1989 de stichtingsvergadering van de hernieuwde eerste Braekelclub Nederbraekel plaats.

Het stichtend bestuur bestond uit 7 leden:
Voorzitter Marc Volkaert
Ondervoorzitter Gert Calcoen
Secretaris-Penningmeester Paul Bousard
Bestuursleden Marnicq De Bock, Jozef Devleeschouwer, Frans Okerman en Pol Van den Dooren.
Bewust werd gekozen voor de benaming “Braekelclub Nederbraekel” ( in de spelling van 1898 ) om te benadrukken dat we als enige brakelse kleinveevereniging, de voortzetters, in zekere zin de erfgenamen zijn van de Eerste Braekelclub Nederbraekel.
Het eerste doel van de Braekelclub is het Brakelhoen beter te leren kennen bij de fokkers, en de kweek ervan aan te moedigen en te bevorderen.
Verder is het ook de bedoeling de kweek van andere kleinveerassen te promoten.
Het leggen van contacten tussen kwekers, het uitwisselen van ervaringen, het ruilen van broedeieren of kweekdieren is een ander doel van de club.

Om dit doel te bereiken:

  • Organiseert de club jaarlijks een of meerdere voordrachtavonden.
  • Wordt per jaar minimum een gezamenlijk bezoek aan een kleinveetentoonstelling in binnen- of buitenland ingericht.
  • Kan een jaarlijkse jongdierenkeuring in augustus georganiseerd worden.
  • Zal jaarlijks een kleinveetentoonstelling met officiele keuring ingericht worden.
  • Geeft een driemaandelijks voorlichtingstijdschrift uit.

Momenteel telt de club +/- 150 leden. Dit zijn niet allemaal fokkers.van Brakelkippen. Ook de andere activiteiten van de club hebben hun aanhangers. Er zijn ook leden niet-fokkers die door hun lidmaatschap, hun waardering voor het in stand houden en het voortzetten van een traditie willen aantonen.

Gesticht als feitelijke vereniging, heeft de club sedert 1998 het statuut van een vereniging zonder winstoogmerken (v.z.w.) (B.S. 14930/98)
Alle belangrijke activiteiten worden georganiseerd met de steun van de Culturele Raad van Brakel.